De Halt wijkinterventie

Jongeren die grensoverschrijdend gedrag (dreigen te) vertonen, waarvoor de inzet van strafrecht niet mogelijk of wenselijk is, kunnen bij Halt worden aangemeld voor een wijkinterventie. Bijvoorbeeld door de wijkagent, de gemeente, het wijkteam, de boa of een jongerenwerker.

Leren van fouten

De preventieve aanpak van Halt richt zich op het leren van fouten, het herstellen van de relatie met slachtoffers en betrokkenheid van ouder(s) of verzorger(s) en andere rolmodellen. Hierbij zet de Halt-medewerker elementen uit de Halt-interventie in, onder andere het betrekken van ouders, herstel, modeling, motiverende gespreksvoering en cognitieve gedragstherapie. De jongere leert te reflecteren op het gedrag en verantwoordelijkheid te nemen voor het voorval. Hij vergroot de sociale vaardigheden en wordt zich bewust van handelingsalternatieven. Ook behoort de inzet van een Jouw Ingebrachte Mentor (JIM) tot de mogelijkheden.

Verwijzen

De Halt-medewerker kan na de inzet van de preventieve Halt-interventie samenwerken met of direct doorverwijzen naar andere partners zoals jongerenwerk of structurele(re) hulpverlening. Zo fungeert Halt als verbindende partner in de wijk. Bij preventieve Halt-trajecten is er altijd sprake van nauwe samenwerking met lokale netwerkpartners.

Huisbezoek

Halt kan ook preventieve gesprekken met jongeren voeren in samenwerking met lokale partners. Dit kan bijvoorbeeld in het kader van een jeugdgroepenaanpak of een aanschrijfactie (een actie waarbij de burgemeester een brief stuurt aan jongere en ouders en een huisbezoek aankondigt door Halt en Jongerenwerk). Een gezamenlijk preventief gesprek vindt vaak (maar niet uitsluitend) plaats tijdens een huisbezoek en kan worden georganiseerd in samenwerking met jongerenwerk, politie of jeugdreclassering.

Als u meer wilt weten over de Halt wijkinterventie kunt u een afspraak maken via onze regioteams. De contactgegevens voor uw regio treft u hier.